Meer informatie over uw Whk beschikking en toegewezen WGA & ZW uitkeringen? Bel ons: 0521 - 72 58 51

Category Archive: Geen categorie

  1. Publicatie gedifferentieerde premie 2022

    Leave a Comment

    Op 1 september zijn de gedifferentieerde premies 2022 gepubliceerd.

    Indeling groot, midden en klein is veranderd
    De grens tussen klein en middelgroot is gestegen van 10 maal het gemiddelde premieplichtige loon naar 25 maal het gemiddelde premieplichtige loon. Het gemiddelde premieplichtige loon is voor de parameters van 2022 gesteld op € 35.300 (terugkijkend naar het jaar 2020). Dit maakt dat de grens tussen een kleine en middelgrote werkgever komt te liggen bij € 882.500. En de grens tussen een middelgrote/grote werkgever ligt bij 100 maal het premieplichte loon oftewel € 3.530.000.

    Door de aanpassing van de loonsomgrens wordt de groep van kleine werkgevers vergroot en zullen in 2022 uiteindelijk meer werkgevers een sectorale premie betalen dan in 2021. De groep van middelgrote werkgevers wordt juist verkleind. Voor deze werkgevers zal in de weging tussen de sectorale en individuele premie het gewicht van de sectorale premie toenemen in 2022.

    Premie WGA 2022
    Het gemiddelde dat alle werkgevers betalen voor de WGA stijgt van 0,78% naar 0,84%. Voor de Ziektewet is er sprake van een zeer forse stijging van 0,58% naar 0,68%. Voor de berekening van de individuele premie voor de grote werkgever zijn de parameters Werkhervattingskas voor het jaar 2022 in vergelijking met 2021 als volgt:

    Parameters 2022 in vergelijking met 2021

    WGA 2022WGA 2021 ZW 2022ZW 2021
    Gemiddelde percentage0,84%0,78%0,68%0,58%
    Maximumpremie3,36% 3,12% 2,72%2,32%
    Minimumpremie0,21% 0,19%0,17%0,14%
    Gemiddelde werkgeversrisicopercentage0,56% 0,52%0,39%0,35%
    Correctiefactor1,12 1,121,301,24

    Uitkeringen worden maximaal 10 jaar aan de werkgever doorbelast middels de gedifferentieerde WGA premie.

    Minimum WGA premie grote werkgever is gestegen van 0,19% naar 0,21%
    Maximum WGA premie grote werkgever is gestegen van 3,12% naar 3,36%

    Premie Ziektewet- flex
    Het gemiddelde percentage in 2022 is vastgesteld op 0,68%. Dit is een stijging van 0,10%-punt ten opzichte van 2021. Aan deze stijging ligt een aantal oorzaken ten grondslag. Ten eerste zijn de Ziektewet-lasten sinds 2019 jaarlijks sterker gestegen dan steeds bij de voorafgaande premievaststelling voorzien werd. Dit is ook in 2020 het geval geweest. De premiestijging in 2022 is daarmee vooral een reactie op de gestegen lasten in het verleden en in mindere mate een anticipatie op verwachte stijgingen in 2022. Ten tweede is eind 2020 aan het licht gekomen dat een te gering deel van uitvoeringskosten voor de Ziektewet toegerekend werd aan de Werkhervattingskas.

    Minimum ZW premie grote werkgever 0,17% was 0,14%
    Maximum ZW premie grote werkgever 0,39% was 0,35%


    Sector 52 uitzendbedrijven
    Maximumpremie grote werkgever 10,39% was 9,31%

    ZW Uitkeringen worden voor maximaal 2 jaar aan de werkgever doorbelast middels de gedifferentieerde ZW premie.

    Invloed van Coronapandemie
    De premievaststelling voor 2022 is net als de premievaststelling voor 2021 tot stand gekomen tijdens de coronacrisis. Duidelijk is dat de pandemie sinds maart 2020 grote gevolgen heeft voor de Nederlandse economie. Hoewel er steeds meer aanwijzingen zijn dat Nederland richting het einde van de pandemie gaat, is nog onduidelijk wanneer en in welk tempo de economie en arbeidsmarkt zich zullen herstellen. Om die reden zijn de ramingen van de omvang van de te financieren lasten van de WGA en de Ziektewet en de bijbehorende omvang van de premieplichtige loonsommen, die beide ten grondslag liggen aan de premievaststellingen, onzekerder dan normaal. UWV heeft zich bij de ramingen voornamelijk gebaseerd op de Centraal Economisch Plan (CEP) 2021, dat het Centraal Planbureau (CPB) op 31 maart 2021 publiceerde. In deze publicatie gaat het CPB uit van een economische groei van 2,2% in 2021 en 3,5% in 2022.

  2. Publicatie gedifferentieerde premie 2021

    Leave a Comment

    Op 2 september zijn de gedifferentieerde premies 2021 gepubliceerd.

    Premie WGA 2021

    Het gemiddeld premieniveau van de WGA stijgt in 2021 beperkt. Het gemiddelde percentage stijgt van 0,76% naar 0,78%. De mate waarin de premie van het ene jaar op het andere jaar muteert is afhankelijk van de ontwikkeling van de uitkeringslasten ten opzichte van het premieplichtige loon.

    In de premie berekening van 2021 komen de uitkeringen uit 2019 tot uitdrukking. De WGA bestaat uit uitkeringen voortkomend uit een vaste dienstverbanden (WGA Vast) en flexibele dienstverbanden (WGA Flex).
    Uitkeringen worden maximaal 10 jaar aan de werkgever doorbelast middels de gedifferentieerde WGA premie.

    Minimum premie grote werkgever is 0,19% gebleven
    Maximum premie grote werkgever is gestegen van 3,04% naar 3,12%

    Premie Ziektewet- flex

    In de periode van begin 2019 tot en met begin 2020, zijn de Ziektewetlasten harder gestegen dan voorzien werd bij de premie vaststellingen van 2019 en 2020. De gedifferentieerde premies voor de Ziektewet zijn hierdoor zowel in 2019 als in 2020 te laag geweest. Als gevolg hiervan is een hoger premieniveau in 2021 noodzakelijk om een dergelijk lastenniveau te financieren. Sinds de coronavirus vlakt het niveau van de Ziektewetlasten echter af.

    De coronacrisis heeft twee tegengestelde effecten op de ontwikkeling van de Ziektewetlasten. Enerzijds nemen de uitkeringslasten toe door ziekte als gevolg van het coronavirus. Anderzijds nemen de uitkeringslasten voor flexwerkers af door de daling van het aantal flexwerkers als gevolg van de coronavirus. Mensen met een tijdelijk dienstverband verliezen veelal als eerste hun baan tijdens deze crisis. De twee effecten lijken elkaar vrijwel in evenwicht te houden. De verwachting is dat de Ziektewetlasten in het tweede halfjaar van 2020 licht zullen dalen ten opzichte van het niveau in het eerste halfjaar. Dit niveau zal vermoedelijk gehandhaafd blijven in 2021. De verwachte lasten voor 2021 zullen daarom iets lager zijn dan de verwachte lasten voor 2020

    Uitkeringen worden voor maximaal 2 jaar aan de werkgever doorbelast middels de gedifferentieerde ZW premie.

    Minimum premie grote werkgever 0,14% was 0,13%
    Maximum premie grote werkgever 2,32% was 2,08%

    Sector 52 uitzendbedrijven

    Minimum premie grote werkgever 0,14% was 0,13%
    Maximumpremie grote werkgever 9,31% was 10,02%

  3. Slapende dienstverbanden niet langer toegestaan

    Leave a Comment

    Slapende dienstverbanden zijn niet meer toegestaan om onder de transitievergoeding uit te komen. De Hoge Raad heeft dat besloten.

    Naar schatting zijn er in Nederland enkele duizenden langdurig zieke werknemers die zonder loondoorbetaling toch op papier in dienst blijven bij een werkgever.

    Na twee jaar ziekte krijgt een werknemer die nog steeds niet in staat is om te werken een arbeidsongeschiktheidsuitkering krachtens de WIA. De ontslagbescherming die gedurende de eerste twee jaar van ziekte geldt eindigt dan, waarbij een beëindiging van de arbeidsovereenkomst logisch is. Vanwege de transitievergoeding gebeurt dat echter vaak niet.

  4. UWV start onderzoek re-integratie WGA gerechtigden

    Leave a Comment

    Vanaf 1 oktober start UWV, in opdracht van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, een wetenschappelijk onderzoek naar de effecten van ondersteuning van mensen met een arbeidsongeschiktheidsuitkering (WGA), op hun weg naar re-integratie en werkhervatting.

    Mensen die tijdelijk of gedeeltelijk arbeidsongeschikt zijn en daarom een uitkering hebben van UWV, hebben vaak moeite om een baan te vinden die past bij hun mogelijkheden en beperkingen. Het kabinet heeft daarom in het Regeerakkoord geld vrij gemaakt om de ondersteuning en begeleiding voor deze groep door UWV te versterken.

    Om de kansen van mensen op werkhervatting groter te maken, is het belangrijk te weten welke vormen van ondersteuning het beste werken en voor wie. De ondersteuningstaak van UWV is arbeidsintensief en duur. Om de ondersteuningstaak ook in de toekomst  goed te blijven uitvoeren, start vanaf 1 oktober een onderzoek onder deze werkzoekenden. Naar verwachting zijn de resultaten in 2024 bekend.

    Circa 1 tot 1,5 jaar worden werkzoekenden die voor het eerst een WGA-uitkering ontvangen, opgenomen in het onderzoek. Om verschillende niveaus van dienstverlening met elkaar te kunnen vergelijken, worden zij via willekeurige selectie in 3 groepen verdeeld: een controlegroep, een experimentgroep en een reguliere groep met overige WGA-gerechtigden. UWV benadert de controlegroep tijdens de onderzoeksperiode niet voor persoonlijke ondersteuning bij hun re-integratie. Zij ontvangen hierover een brief. De experimentgroep krijgt daarentegen meer persoonlijke ondersteuning.

    Het onderzoek duurt naar verwachting 4 tot 4,5 jaar. Deelnemers worden 3 jaar gevolgd en ontvangen tijdens het onderzoek een aantal keer een vragenlijst. Na afloop van het onderzoek neemt UWV contact op met de deelnemers. WGA-gerechtigden uit de controlegroep die nog een uitkering hebben, biedt UWV op dat moment alsnog ondersteuning aan in hun zoektocht naar passend werk. Werkzoekenden uit de controlegroep die hier eerder behoefte aan hebben, kunnen dit aangeven bij UWV. 

    Bron: UWV

  5. UWV verlaagt of schrapt IVA-uitkering voor enkele honderden mensen na onjuiste beoordeling

    Leave a Comment

    Het UWV heeft na een herbeoordeling alsnog de uitkering verlaagd of stopgezet voor enkele honderden mensen die eerder een IVA-uitkering kregen, omdat ze waren beoordeeld als volledig arbeidsongeschikt.

    Dit meldt het UWV dinsdag nadat in juni al werd gemeld dat de dossiers van 1.991 mensen opnieuw moesten worden beoordeeld.

    Een eerdere beoordeling door het Ondersteuningsteam Noord (OTN) in Groningen bleek niet aan alle professionele en juridische eisen te voldoen, meldde het UWV toen.

    Inmiddels zijn 1.584 mensen opnieuw beoordeeld. Hiervan behoudt 70 procent het recht op een IVA-uitkering. 19 procent krijgt een lagere uitkering en van 11 procent is de uitkering beëindigd omdat ze minder dan 35 procent arbeidsongeschikt zijn.

    Voor deze laatste groep, klanten die hun uitkering verliezen, kan dat grote gevolgen hebben voor het inkomen.

    Bron: UWV

  6. Publicatie gedifferentieerde premie 2020

    Leave a Comment

    Op 2 september zijn de gedifferentieerde premies 2020 gepubliceerd.

    Kenmerken WGA
    Het gemiddeld premieniveau van de WGA stijgt in 2020 beperkt. Het gemiddelde percentage stijgt van 0,75% naar 0,76%. De mate waarin de premie van het ene jaar op het andere jaar muteert is afhankelijk van de ontwikkeling van de uitkeringslasten ten opzichte van het premieplichtige loon.

    In de premie berekening van 2020 komen de uitkeringen uit 2018 tot uitdrukking. De WGA bestaat uit uitkeringen voortkomend uit een vaste dienstverbanden (WGA Vast) en flexibele dienstverbanden (WGA Flex).
    Uitkeringen worden maximaal 10 jaar aan de werkgever doorbelast middels de gedifferentieerde WGA premie.

    Minimum premie grote werkgever 0,19% was 0,18%
    Maximum premie grote werkgever 3,04% was 3,00%

    Kenmerken ZW
    De ziektewet premies stijgen in 2020. In de eerste plaats het gevolg van een sterke stijging van de uitkeringslasten. In 2019 zijn de ZW lasten sterker gestegen dan voorzien bij de premie vaststelling voor 2019. In 2020 wordt een verdere stijging van de uitkeringslasten verwacht. Oorzaak van deze stijging is de gunstige economische ontwikkeling waardoor het aantal flex werkers verder toeneemt.

    Uitkeringen worden voor maximaal 2 jaar aan de werkgever doorbelast middels de gedifferentieerde ZW premie.

    Minimum premie grote werkgever 0,13% was 0,10%
    Maximum premie grote werkgever 2,08% was 1,72%

    Sector 52 uitzendbedrijven

    Minimum premie grote werkgever 0,13% was 0,10%
    Maximumpremie grote werkgever 10,02% was 8,48%

    Nieuwsgierig wat de financiële consequenties van de premiewijziging is voor uw organisatie? Maak gebruik van onze gratis QuickScan.

  7. WGA Bankgarantie in plaats van WGA verzekering of UWV

    Leave a Comment

    In 2017 zijn WGA Vast en Flex samengevoegd. Werkgevers stonden voor de keuze om eigenrisico drager te blijven of terug te keren naar het UWV. Werkgevers die in 2017 hebben gekozen om voor het WGA risico eigenrisicodrager te blijven dan wel te worden, staan anno 2020 opnieuw voor de keuze om wel of geen eigenrisicodrager te blijven of terug te keren naar het UWV.

    Werkgevers die eigenrisicodrager zijn hebben veelal gekozen voor een verzekeringsoplossing. De praktijk leert dat de verzekeringspremies over het algemeen aanzienlijk zijn en dat de re-integratie van (ex) werknemers die ingestroomd zijn in de WGA, niet leidt tot een beter resultaat dan bij het UWV, ook al pretendeert men anders. Daarnaast stijgt de verzekeringspremie als er instroom in de WGA plaatsvindt, maar ook wanneer het lang verzuim (44 dagen en langer) stijgt, waarbij nog helemaal niet vaststaat of zieke werknemers ook de wachttijd van twee jaar vol zullen maken.

    WGA bankgarantie

    Eigenrisicodragen middels een bankgarantie is een zuivere vorm eigenrisicodragen. In tegenstelling tot een verzekeringspremie of de gedifferentieerde premie bij het UWV is de instroom in de WGA niet het uitgangspunt maar het kredietrisico van de onderneming. De premie bedraagt niet meer dan 0,17% en de uitvoeringskosten tussen de 0,10% en 0,15% van de loonsom. Preventie en re-integratie inspanning komen direct ten goede aan de organisatie.

    Voor wie

    Grote ondernemingen met een loonsom van minimaal € 10 miljoen. Indien er sprake is van een holdingstructuur met meerdere werkmaatschappijen die gezamenlijk een loonsom hebben van € 10 miljoen is de WGA bankgarantie ook mogelijk. Wilt u meer weten neem dan contact met ons op.

  8. Loondoorbetaling bij ziekte & WIA

    Leave a Comment

    Het nieuwe wetsvoorstel beoogt  om de loondoorbetalingsverplichtingen voor de werkgevers duidelijker, makkelijker en goedkoper te maken.

    Eén van deze voorstellen is dat het medisch advies van de bedrijfsarts bij de toets op de re-integratie inspanningen leidend zal zijn.

    De verzekeringsarts zal dit advies niet langer ter discussie stellen waarmee een loonsanctie op medische gronden niet meer kan leiden tot een loonsanctie.

    Indien er andere verplichtingen vanuit de Wet verbetering Poortwachter niet of onvoldoende zijn nagekomen, kan er nog steeds een loonsanctie volgen. Wilt u meer weten neem dan klik op onderstaande link of neem contact met ons op.
    https://www.internetconsultatie.nl/wetsvoorstel_maatregelen_loondoorbetaling_bij_ziekte_en_wia

  9. Vanaf 1 januari 2020 compensatie transitievergoeding bij langdurige arbeidsongeschiktheid

    Leave a Comment

    Het verschuldigd zijn van een transitievergoeding na een ontslag wegens langdurige arbeidsongeschiktheid wordt vaak als onrechtvaardig ervaren. Immers de werkgever heeft (veelal) al gedurende twee jaar het loon tijdens ziekte betaald en heeft kosten gemaakt gericht op de re-integratie van de werknemer in zijn bedrijf of bij een andere werkgever. Werkgevers worden daarom  gecompenseerd voor de betaalde transitievergoeding en de eventueel daarop in mindering gebrachte transitie- en inzetbaarheidskosten. UWV zal die compensatie verstrekken vanuit het Algemeen werkloosheidsfonds (Awf). Hier staat een verhoging van de uniforme Awf-premie tegenover.

    Terugwerkende kracht vanaf 01-07-2015*

    De maatregel zal ook van toepassing zijn in situaties waarin de arbeidsovereenkomst op of na 1 juli 2015 is geëindigd of niet is voortgezet. Zo worden verschillen voorkomen tussen werkgevers die voor en na inwerkintreding van de maatregel tot ontslag overgaan. De regeling geldt ook als de arbeidsovereenkomst na twee jaar ziekte met wederzijds goedvinden wordt beëindigd en daarbij een vergoeding wordt afgesproken.
    De regeling is van toepassing op alle bedrijven.

    Beperking aan de hoogte van de vergoeding!

    Er wordt een aantal beperkingen aangebracht in de hoogte van de compensatie die aan een werkgever wordt verleend:

    1. De compensatie bedraagt maximaal de transitievergoeding waar een werknemer recht op zou hebben op het moment dat de loondoorbetalingsplicht eindigt;
    2. De compensatie zal niet meer bedragen dan het brutoloon dat aan de werknemer tijdens ziekte is betaald;
    3. Als aan een werkgever een loonsanctie is opgelegd telt die periode niet mee bij de berekening van de hoogte van de compensatie;
    4. Geen recht op compensatie als er wettelijk geen recht op transitievergoeding bestond.

    Bij een beëindiging met wederzijds goedvinden zal de compensatie nooit hoger zijn dan de transitievergoeding die zou gelden als de arbeidsovereenkomst door opzegging of ontbinding zou zijn geëindigd. Dit betekent dat als er wettelijk gezien geen recht op transitievergoeding bestaat, er ook geen vergoeding zal worden toegekend. Dit geldt bijvoorbeeld als een transitievergoeding is toegekend aan iemand die korter dan 2 jaar in dienst was. (Dit gaat wel wijzigen wanneer het Wetsvoorstel Wet arbeidsmarkt in balans in gaat, omdat dan al recht op transitievergoeding ontstaat vanaf de eerste werkdag).

    *Datum van inwerkingtreding van de wijziging van het ontslagrecht.